Gladiatoren spreken nog steeds tot de verbeelding. In de eerste eeuwen na Christus hadden ze echt een sterrenstatus, vergelijkbaar met American Wrestling sterren nu. Mensen kwamen speciaal naar het Colosseum voor de 'wedstrijd' tussen Bert de Berenbeuker en Barrie de Boze Barbaar. Het was een sport, al werd de dood of de gladiolen soms wel erg letterlijk genomen.
Een leuke gadget was dat de gladiatoren met liftjes op het 'speelveld' konden worden geplaatst. En daarna een tegenstander naar keuze: een andere gladiator, een christelijke martelaar-in-spé, leeuw, tijger, panter, struisvogel, stier, beer en wat verder nog leuk spektakel kan opleveren.
Aan het bijna tweeduizend jaar oude Colosseum kan je nog steeds zien dat het een stadion is. Met trappen die naar verschillende vakken leiden en uitsparingen voor snackcounters, goodies en kaartcontrole. Het kost dan ook geen enkele moeite om ons voor te stellen hoe zo'n dagje naar de Spelen eruit kan hebben gezien.Al viel de regen gestaag op ons neder (in de oudheid zat er een groot zeil over de zitplaatsen, de geluksvogels) dat mocht de pret niet drukken bij het bedenken van allitererende gladiatorennamen. Bert de Berenbeuker blijft onze favoriet. Leo de Leeuwenlyncher, Willem de Woeste Worstelaar en Ted de Tijgertuffer zijn toch mindere goden.Speciaal voor u hebben we een rondje colosseum gedaan, met liefs van Kaco...En hoe is dit alles gebouwd? In de catacomben vonden we een aanwijzing.
1 opmerking:
Toen sport nog sport was, en oorlog voetbal... Jullie vergeten trouwens Cornelis de Christen-Kraker te noemen, en Petrus de Palestijnse Palingpletter. (Niet te verwarren met Philippus de Filistijnse Frettenvreter.) Carolus de Konijnen-Kannibaal heeft het helaas nooit zo ver geschopt...
Een reactie posten