Het Nederlands Zouavenmuseum is een heerlijk ouderwets museumpje, waar de herinnering levend wordt gehouden aan de bizarre episode van de pauselijke zouaven. Dit waren vrijwilligers die na een oproep van de paus naar Rome gingen om daar als militair de ten ondergang gedoemde Pauselijke staat te verdedigen in de periode 1860-1870.
Nergens in de wereld was het enthousiasme om voor de paus te strijden zo groot als in Nederland. Ruim eenderde van alle zouaven was uit Nederland afkomstig. In 1870 werd de Pauselijke staat veroverd door de Italianen. De Nederlandse zouaven keerden terug naar huis. Door het katholieke volksdeel werden ze op een voetstuk gezet. De Nederlandse staat dacht daar anders over: omdat ze in vreemde krijgsdienst waren geweest werd de zouaven de Nederlandse nationaliteit ontnomen. Pas in 1947, een jaar na de dood van de laatste zouaaf, werden ze gerehabiliteerd.
De verbinding tussen de zouaven en de 'Sint Pieter' van Oudenbosch was pastoor Hellemons (hier afgebeeld op z'n eigen zouavenmonument). Hij organiseerde de recrutering en het transport van de zouaven naar Rome. Hellemons had zelf in Rome gestudeerd. Om zijn mondaine smaak en trouw aan de paus te bewijzen kwam hij met het plan om de Sint Pieter na de bouwen in het toen 3000 inwoners tellende Oudenbosch. Maar dan wel met de voorgevel van die andere grote Romeinse kerk, de kathedraal Sint Jan van Lateranen.
Of het project gelukt is? De basiliek van Oudenbosch staat er en moet in de 19e eeuw een grote indruk hebben gemaakt op bezoekers. De verwende 21e eeuwer ziet al snel dat het geheel een sjofele kopie is van de echte Sint Pieter. Met hout en gips wordt het marmer en goud van de echte Sint Pieter geïmiteerd. Het geheel maakt een beetje de indruk van een decorbouw.
Het mooiste beeld was het enige beeld dat geen kopie was uit de Sint Pieter in Rome: dit beeld van Maria met kind.
Wat verder opviel in Oudenbosch is dat het Rijke Roomse Leven definitief voorbij is. Oudenbosch groeide na de bouw van de basiliek uit tot een religieus centrum van formaat, met een jezuïetencollege en diverse kloosters. Van dit alles is weinig meer over. Het jezuïetencollege wordt verbouwd tot appartementen en andere kloostergebouwen staan leeg of worden gesloopt. Wat overblijft zijn de basiliek, het zouavenmuseum en onderstaand paterskerkhof. Herinneringen aan een voorbije tijd.
2 opmerkingen:
Wow. Wat een geconcentreerd brok Rooms welvaren, inmiddels vechtend tegen verval...
En dat museum ga ik zeker eens bekijken. :-)
Laat dit nu ook op ons lijstje staan.... klinkt goed, zioet er spannend uit en met de uitleg van Co wordt het helemaal mooi...
gulkw
Een reactie posten